Beste relatie,
Op 1 maart a.s. start de digitale aangifteronde Inkomstenbelasting 2025 (IB 2024). In deze aangiftebrief vindt u de meest in het oog springende zaken waarop u attent moet zijn bij de aangifte IB 2024. We richten ons op de wijzigingen uit de Belastingplannen voor 2024 en op enkele zaken waarop u elk jaar extra alert moet zijn.
Uitnodiging aangifte doen nog steeds digitaal én per post
U heeft onlangs de uitnodiging ontvangen voor het doen van de IB-aangifte 2024. Die uitnodiging komt nog steeds zowel via de post met de bekende blauwe envelop, als digitaal via uw persoonlijke Berichtenbox op MijnOverheid. Op termijn zal de papieren uitnodiging helemaal worden vervangen door de uitnodiging via de digitale Berichtenbox.
Laat de vooraf ingevulde aangifte controleren en aanvullen
De Belastingdienst vult de aangifte al voor een groot deel in. Zo zijn de jaaropgaven van uw loon, pensioen, lijfrentetermijnen en andere uitkeringen al ingevuld. Dat geldt ook voor de WOZ-waarde van de eigen woning, de aftrekbare hypotheekrente en het saldo van de hypotheekschuld. Ook banksaldi en de (waarde) van andere vermogensbestanddelen in box 3 zijn al ingevuld.
Controleer de vooraf ingevulde gegevens goed, zeker als uw inkomenssituatie is gewijzigd. Heeft u uw hypotheek overgesloten? In dat geval verandert de renteaftrek en heeft u waarschijnlijk extra aftrekbare kosten gemaakt. Bovendien maakt ook de Belastingdienst weleens een foutje of de gegevens zijn niet compleet. U bent en blijft zelf verantwoordelijk en aansprakelijk voor de aangifte, ook als de Belastingdienst onjuiste gegevens heeft opgenomen. Daarnaast moet u de aangifte nog aanvullen met de niet vooraf ingevulde gegevens die van toepassing zijn op uw inkomens- en vermogenssituatie. Dat kunnen bijvoorbeeld aftrekposten zijn zoals giften, ziektekosten en betaalde partneralimentatie.
Zelf invullen lastig en/of te veel gedoe?
Ondanks de vooraf ingevulde aangifte vindt u het misschien toch erg lastig om zelf de aangifte IB 2024 volledig en correct in te vullen of vindt u het te veel gedoe. Laat uw aangifte dan door ons verzorgen. Wij doen het graag voor u. U levert daartoe de relevante gegevens voor uw IB-aangifte 2024 bij ons aan en wij controleren de vooraf ingevulde gegevens en vullen de aangifte waar nodig aan. Dienen we de aangifte vóór 1 april 2025 in, dan bent u er in elk geval zeker van dat u vóór 1 juli 2025 bericht krijgt van de Belastingdienst.
Hierna hebben we een aantal zaken op een rij gezet, waaraan u misschien niet meteen denkt bij het verzamelen van de gegevens die nodig zijn om uw aangifte IB 2024 te kunnen samenstellen.
Aangifte(gegevens) IB 2024
Eigenwoningforfait
De bijtelling voor de eigen woning (het eigenwoningforfait) is 0,35% over de WOZ-waarde, mits die WOZ-waarde tussen de € 75.000 en € 1.310.000 ligt. Daarboven is het forfait 2,35%. U bent dit tarief alleen verschuldigd voor de WOZ-waarde boven € 1.310.000. Het eigenwoningforfait 2024 wordt berekend over de WOZ-waarde 2024 van uw woning met peildatum 1 januari 2023.
Verdeling eigenwoningforfait en hypotheekrenteaftrek
Heeft u een hypotheek voor een woning die uw hoofdverblijf is? Dan kunt u de rente in aftrek brengen. Bent u op of na 1 januari 2013 voor het eerst een nieuwe hypotheek aangegaan? In dat geval moet u daarnaast aflossen op deze eigenwoningschuld om renteaftrek te kunnen krijgen. Uw hypotheekschuld neemt door het aflossen jaarlijks af. U betaalt dus ieder jaar minder rente en dus heeft u ook minder renteaftrek. De hypotheekrente kunt u in 2024 in aftrek brengen tegen een tarief van 36,97%. Ook als u inkomen heeft dat wordt belast in de hoogste belastingschijf. De inkomensgrens waarbij in 2024 de eerste tariefschijf van 36,97% overgaat in de tweede (en hoogste) tariefschijf van 49,50% is € 75.518. Hoewel het aftrekpercentage 36,97% is, ongeacht uw inkomen, is het toch van groot belang dat - als u een partner heeft - u het eigenwoningforfait en de hypotheekrenteaftrek bij de juiste persoon aangeeft in de aangifte IB 2024. Hoe dat zit, leest u hierna.
Hoe verdelen?
Was uw inkomen hoger dan € 75.518 en dat van uw partner lager dan dit bedrag? In dat geval is het waarschijnlijk het voordeligst om het eigenwoningforfait en de hypotheekrenteaftrek te claimen bij uw minstverdienende partner. Het eigenwoningforfait wordt daardoor ten eerste lager belast, namelijk tegen 36,97% in plaats van 49,50%. Het meeste voordeel behaalt u echter door de hogere algemene heffingskorting (in 2024: maximaal € 3.362) die uw minstverdienende partner door de hypotheekrenteaftrek krijgt. Deze algemene heffingskorting neemt namelijk met 6,638% af vanaf een inkomen van € 24.812. Bij een inkomen van € 75.518 is deze heffingskorting helemaal afgebouwd tot nul. Heeft u een inkomen boven deze inkomensgrens, dan heeft u dus geen algemene heffingskorting. Heeft uw partner wel een inkomen tussen € 24.812 en € 75.518 en geeft u bij hem of haar het eigenwoningforfait aan en trekt u de hypotheekrente af? Dan vermindert zijn/haar inkomen en dus neemt het recht op algemene heffingskorting weer toe. Zo levert het lager belaste eigenwoningforfait en de hogere algemene heffingskorting bij uw minstverdienende partner dus meer op dan als het forfait en de aftrek wordt geclaimd bij u als meestverdienende partner met een inkomen in de tweede tariefschijf.
Partner met weinig of geen inkomen
Heeft uw partner geen of weinig eigen inkomen en is hij of zij geboren vóór 1963? Dan kan de algemene heffingskorting tot maximaal € 3.362 aan hem of haar worden uitbetaald, mits u voldoende belasting verschuldigd bent. Is uw partner geboren ná 1962 en heeft u inkomen in box 2 en/of box 3? Dan kan het verstandig zijn om een deel van dat inkomen aan uw partner toe te rekenen, waardoor hij of zij inkomen heeft waarover belasting is verschuldigd, waarop de algemene heffingskorting in mindering kan worden gebracht. Zo kan uw partner zijn/haar algemene heffingskorting toch benutten. Bovendien bent u minder belasting verschuldigd, doordat u een deel van uw inkomen aan hem/haar hebt toegerekend. Zo bent u samen minder belasting verschuldigd.
Tip
Het is ook verstandig om de voorlopige teruggaaf of aanslag inkomstenbelasting 2025 even te laten controleren. Het kan nodig zijn om deze hierop te laten aanpassen.
Doe opgave (gewijzigde) eigenwoninglening bij familie of bv
Heeft u in 2024 een woning gekocht of uw woning verbouwd met een lening van uw familie, een derde of van uw eigen bv? In dat geval kunt u de rente alleen in aftrek brengen op uw box-1-inkomen als u de gegevens over die lening aangeeft in de IB-aangifte 2024. Deze renseigneringsplicht voor leningen van niet-administratieplichtigen geldt alleen voor leningen die op of na 1 januari 2013 zijn aangegaan en waarop jaarlijks verplicht moet worden afgelost. Is in 2024 de rente van deze lening gewijzigd of is de lening overgesloten? Dan moet u dit ook aangeven in uw aangifte IB 2024.
Afbouw aftrek geen of kleine eigenwoningschuld
Begin 2019 is gestart met de geleidelijke afschaffing in 30 jaar van de regeling, waarbij u geen eigenwoningforfait hoeft bij te tellen bij uw inkomen als u geen of slechts een kleine hypotheek hebt. Dit doet zich voor als het eigenwoningforfait hoger is dan de rente en/of financieringskosten die u heeft betaald. Tot 2019 hoefde u dan niets bij te tellen. Maar sindsdien moet u jaarlijks 31/3% extra bijtellen. In 2023 was dat 16,67% van het saldo van het eigenwoningforfait en de aftrekbare rente en kosten. In 2024 is dat 20% van dit saldo.
Aftrek afgestorte FOR in lijfrente
U kunt geen pensioen meer opbouwen in de fiscale oudedagsreserve (FOR). Heeft u in het verleden een FOR opgebouwd? Dan zult u op enig moment hierover met de Belastingdienst moeten afrekenen. Het uiterste moment daarvoor is bij staking van uw onderneming. Dan zult u de reserve moeten bijtellen bij de winst. En dan is het volle bedrag van de opgebouwde reserve belast met inkomstenbelasting. Gelukkig kunt u voor het bedrag van de opgebouwde oudedagsreserve een aftrekbare (bancaire) lijfrente bedingen, zodat u bij staking per saldo geen inkomstenbelasting verschuldigd bent. Het bedrag waarmee de FOR afneemt is immers wel belast, maar daar staat tegenover dat de premie voor de lijfrente aftrekbaar is. U moet dan natuurlijk wel voldoende liquide middelen hebben om het bedrag van de oudedagsreserve te kunnen afstorten. Is dat het geval, dan kunt u (een deel van) de reserve nog tot 1 juli 2025 afstorten op een lijfrente en nog in uw IB-aangifte 2024 in aftrek brengen.
Aftrek lijfrentepremie
Heeft u een pensioentekort? Dan kunt u hiervoor een aanvullend inkomen regelen. Bijvoorbeeld door bij een verzekeraar een lijfrentepolis te sluiten of bij een bank een lijfrentebankspaarproduct. De lijfrentepremie die u in 2024 hebt betaald, kunt u aftrekken in uw aangifte IB 2024.
Tip
De aftrek van lijfrentepremie is niet beperkt tot 36,97%. Bij voldoende inkomen in de hoogste schijf
Kunt u deze premie dus tegen een tarief van 49,50% in aftrek brengen!
Giftenaftrek
Giften aan goede doelen die een anbi-status hebben, kunt u in aftrek brengen als u kunt aantonen dat u de giften daadwerkelijk hebt betaald, bijvoorbeeld met een overmaking of kwitantie. Gewone giften zijn aftrekbaar boven een bepaald drempelbedrag dat afhankelijk is van uw inkomen. De Belastingdienst heeft het drempelbedrag al vooraf ingevuld. Periodieke giften zijn geheel aftrekbaar, maar in dat geval moet u wel aan bepaalde voorwaarden voldoen. De Belastingdienst heeft alle goede doelen met een anbi-status geregistreerd. Klik hier om te controleren of het goede doel een anbi is. Contante giften zijn niet meer aftrekbaar.
Tip
Doet u elk jaar dezelfde giften aan dezelfde goede doelen? Overweeg dan om er een periodieke gift van te maken. Dan is immers uw hele gift aftrekbaar en niet alleen het bedrag boven de drempel.
Giften in natura onderbouwen
Vanaf 2024 moet u de giften in natura met een hogere waarde dan € 10.000 (per belastingplichtige) per kalenderjaar kunnen onderbouwen met een onafhankelijk taxatierapport of een factuur. Deze eis geldt ook voor een kwijtschelding van een vordering die betrekking heeft op een vermogensbestanddeel in natura. Dergelijke kwijtscheldingen worden aangemerkt als gift in natura. Hierdoor is het niet mogelijk om via deze route aan deze bewijslast te ontkomen. Kunt u de gift in natura met een hogere waarde dan € 10.000 niet onderbouwen? Dan kunt u de waarde van de giften in natura niet in aftrek brengen.
Dubbele vrijstelling voor polissen op verzoek ook bij ontbreken dubbele begunstiging
Bent u fiscale partners van elkaar en wilt u bij leven gebruikmaken van de dubbele vrijstelling bij een zogenoemde Brede Herwaarderingspolis, Kapitaalverzekering eigen woning (KEW), Spaarrekening eigen woning (SEW) of een Beleggingsrekening eigen woning (BEW)? In dat geval moet u allebei begunstigden zijn. Bent u en uw partner die dubbele begunstiging vergeten, dan kunt u de dubbele vrijstelling toch benutten door bij de IB-aangifte een gezamenlijk verzoek te doen, waardoor de uitkering bij ieder van u voor de helft opkomt. U benut vervolgens dan ieder uw eigen vrijstelling.
Check renteaftrek na tijdelijke verhuur
Heeft u een niet-verkochte woning die u inmiddels tijdelijk verhuurt? Na de periode van tijdelijke verhuur, herleeft het recht op de renteaftrek voor de resterende termijn, waarin de renteaftrek nog is toegestaan. Die termijn is 3 jaar. Check na de tijdelijke verhuur of die termijn is verstreken. Is dat het geval? Dan heeft u geen recht meer op renteaftrek.
Excessief geleend bij je bv?
Bent u directeur-grootaandeelhouder (dga) van uw eigen bv? En heeft u veel van uw eigen bv geleend (niet zijnde voor de eigen woning*)? In dat geval is het volgende voor u van belang. Eind vorig jaar heeft de Belastingdienst gecontroleerd of u samen met uw partner schulden heeft bij uw eigen bv die meer bedragen dan € 500.000. In dat geval wordt in 2024 het meerdere boven de € 500.000 als aanmerkelijk belangvoordeel belast met box-2-heffing. Box 2 kent sinds 1 januari 2024 twee tariefschijven: een eerste schijf met een tarief van 24,5% voor box-2-inkomen tot € 67.000 en daarboven een tarief van 33%. Heeft u een fiscaal partner? Dan geldt het lage box-2-tarief tot € 134.000 bij een gelijke verdeling tussen u en uw partner.
Leent uw bv aan uw (klein)kinderen of aan uw (groot)ouders of die van uw partner? Dan geldt de grens van € 500.000 ook voor deze verbonden personen en hun partners. Als zij zelf geen aanmerkelijk belang in uw bv hebben (5% of meer), dan vindt de belastingheffing over het meerdere boven deze € 500.000 bij u plaats. Hebben zij zelf wel een aanmerkelijk belang, dan vindt de heffing bij de lener/verbonden persoon zelf plaats.
*) Let op
Gaat u een eigenwoningschuld aan met uw eigen bv? Zorg er dan voor dat u een hypotheekrecht verstrekt aan uw eigen bv. Anders valt deze schuld niet onder deze uitzondering!
Vermogen in box 3
Tot en met 2027 wordt de box-3-heffing berekend aan de hand van forfaitaire rendementspercentages voor de drie categorieën ‘bank- en spaartegoeden, ‘overige bezittingen’ en ‘schulden’. Voor 2024 is het forfaitaire percentage voor de ‘overige bezittingen’ vastgesteld op 6,04%. Voor de ‘bank- en spaartegoeden’ en de ‘schulden’ zijn de percentages voorlopig vastgesteld op 1,03% respectievelijk 2,47%. Beleggingsvermogen zoals een effectenportefeuille, cryptovaluta of vastgoed, wordt dus zwaarder belast dan bank- en spaartegoeden. Tot laatstgenoemde categorie worden overigens ook gerekend aandelen in een reservefonds van een Verenging van Eigenaren (VvE) en een derdenrekening bij een notaris. Vorderingen en schulden tussen u en uw fiscale partner of tussen u en uw minderjarig kind hoeft u niet meer aan te geven in de IB-aangifte.
De verschuldigde box-3-heffing (36%) over het voordeel uit het box-3-vermogen dat u hebt aangegeven in uw IB-aangifte 2024 wordt dus berekend op grond van de huidige wettelijke regeling dat is gebaseerd op de forfaitaire rendementspercentages voor de drie categorieën vermogensbestanddelen. Uw werkelijke rendement over dit vermogen kan echter lager zijn. Is dat het geval, dan kunt u met het formulier ‘Opgaaf werkelijk redendement’ de box-3-heffing laten herberekenen door de Belastingdienst. U moet wel kunnen aantonen hoeveel uw (lagere) werkelijke rendement was in 2024. Het formulier komt vanaf juli 2025 beschikbaar.
Heffingvrij vermogen
De vrijstelling in box 3 (het heffingvrije vermogen) is in 2024 € 57.000 per belastingplichtige gebleven. Heeft u een fiscale partner? Dan heeft u samen dus een vrijstelling van € 114.000. Blijft het vermogen onder het bedrag van het heffingvrije vermogen? Dan hoeft u uw vermogen niet op te geven aan de Belastingdienst en wordt er bij u niets belast in box 3.
Let op: uitzondering!
Heeft u recht op huurtoeslag én heeft u box-3-vermogen? In dat geval geldt voor u mogelijk een afwijkende regeling. Voor de vermogenstoets in de inkomensafhankelijke regelingen wordt namelijk aangesloten bij de vermogensrendementsgrondslag zonder aftrek van het heffingvrije vermogen. Dit komt erop neer dat u in uw IB-aangifte toch de vermogensbestanddelen moet invullen als uw box-3-vermogen zonder toepassing van het heffingvrije deel meer bedraagt dan € 36.952 (per toeslagpartner). Deze vermogensgrens is alleen relevant voor de huurtoeslag, omdat op andere inkomensafhankelijke regelingen geen (kinderopvangtoeslag) of juist hogere vermogensgrenzen (zorgtoeslag) van toepassing zijn.
Juiste verdeling box-3-vermogen
Heeft u een fiscale partner? In dat geval is het van belang om het vermogen op de gunstigste manier te verdelen tussen u en uw partner. Ook hier kunt u dus voordeel behalen door het vermogen zo te verdelen dat uw partner zo maximaal mogelijk de algemene heffingskorting benut (zie onder Verdeling eigenwoningforfait en hypotheekrenteaftrek).
Heeft u vragen informatie over de aangifte inkomstenbelasting 2024? Neem dan contact met ons op via het nummer 070-4162999 en wij helpen u graag verder.
Met vriendelijke groet,
Nuijten Accountants B.V.
In deze Aangiftebrief is de stand van zaken in wet- en regelgeving verwerkt tot 18 februari 2025. Hoewel ten aanzien van de inhoud de uiterste zorg is nagestreefd, kan niet volledig worden ingestaan voor eventuele (druk)fouten en onvolledigheden. De redactie, de uitgever en de verspreider sluiten bij deze de aansprakelijkheid hiervoor uit. Voor een toelichting kunt u altijd contact met ons opnemen.